U kunt via de input-feltet (u het invoerveld wenden tot het submenu tonen) in GeoGebra definiëren het domein van een functie. Dit wordt gedaan met behulp van. Functie[ <Functie>, <Start x-waarde>, <Final x-waarde> ].
Bijvoorbeeld, een eerste graad functie
- Schrijven in het invoerveld bv.
Functie[ 0.5x 3, 0 , 5 ]
- Dit betekent, de functie 0.5x 3 wordt getrokken in het bereik [0 ; 5].
- GeoGebra laat zelfs voorzien van een naam en start f(x), Als de naam niet wordt gebruikt.
Hetzelfde kan bijvoorbeeld een kwadratische functie
- Schrijven in het invoerveld bv.
Functie[ -0.5x ^ 2 3 x, 0 , 5 ]
- De functie -0.5x ^ 2 x 3 wordt zo het teken in het bereik [0 ; 5].
- GeoGebra laat zelfs een naam voorzien en blijft g(x) etc., indien f(x) gebruikt.
Alle functies kunnen zo in een begrensd interval ondertekend.
Tip1. Teken eerst de functie via het invoerveld volkomen normaal. Maak dan gebruik van de functie[ <Functie>, <Start x-waarde>, <Final x-waarde> ] in het bereik van, relevant. Verwijderen of te verbergen dan is de eerste full-functie via de algebra.
Tip2. Men kan gebruik maken van “Snijden tussen 2 objecten” 
-knop om de kruising tussen de functies te vinden.
Tip3. Als u nodig hebt, dat er meer dan 2 decimalen in de vergelijking voor de functie, zoals in de algebra. Dette kan ændres via instillinger–>ronding.
